Maaipaden en watergangen niet beschikbaar voor GLB

12 maart 2024

Ons dagelijks bestuur heeft besloten onze maaipaden en watergangen niet beschikbaar te stellen voor opgave als landschapselement voor het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB). Dit nadat juni vorig jaar was besloten om – gelet op verschillende landelijke ontwikkelingen en verzoeken hiertoe – mogelijkheden nader te onderzoeken.

Aanleiding

Het GLB heeft voor agrariërs als eis dat 4% niet-productieve landbouwgrond moet worden aangehouden Met de eis worden doelen nagestreefd op het gebied van biodiversiteit, bodem en lucht, klimaat, landschap en water en wordt toekomstgericht boeren beloond. Vorig jaar hebben drie waterschappen besloten om maaipaden en watergangen hiervoor beschikbaar te stellen. Ook berichtte LTO dat maaipaden en watergangen van het waterschap onder voorwaarden door agrariërs opgegeven mogen worden voor het GLB. Dit leidde in het voorjaar van 2023 tot verschillende vragen en verzoeken aan ons waterschap. Volgend hierop heeft ons dagelijks bestuur besloten dat er op dat moment nog te veel onduidelijkheden waren en een nadere verkenning nodig was. Dit met als onderliggende randvoorwaarden dat we volledige zeggenschap behouden over het beheer en onderhoud en we geen individuele gebruikersovereenkomsten hoeven af te sluiten.

Beschikbaar stellen niet wenselijk

Het beschikbaar stellen van maaipaden en watergangen van het waterschap is een vraagstuk dat landelijk speelt. Daarom is een handreiking opgesteld vanuit de Unie van Waterschappen (met medewerking van verschillende waterschappen, waaronder Hunze en Aa’s). Met gebruikmaking van deze handreiking hebben we mogelijkheden verkend. Met als conclusie dat het niet mogelijk is om onze maaipaden en watergangen beschikbaar te stellen voor opgave als landschapselement, binnen de randvoorwaarden die Hunze en Aa’s hieraan heeft verbonden.

Uit de handreiking blijkt dat het niet mogelijk is om in algemene zin toestemming te verlenen. Er moet sprake zijn van schriftelijk vastgelegde individuele overeenkomsten, wil een waterschap toestemming kunnen verlenen. Met onder meer een aantoonbare en bovenwettelijke tegenprestatie en zonder dat staatssteunregels worden overtreden. Het uitwerken en vastleggen van dergelijke overeenkomsten en de controle daarop, vraagt veel ambtelijke inzet. Dit terwijl de meerwaarde voor onze eigen waterdoelen beperkt is. Het is juist daarom dat we als randvoorwaarde hebben gesteld dat het afsluiten van individuele gebruikersovereenkomsten niet nodig zou moeten zijn.

Uitstel 4%-eis in 2024

Overigens is recent besloten om in Nederland voor 2024 af te wijken van de eis dat 4% niet-productieve landbouwgrond moet worden aangehouden. 4% kan worden ingevuld met braak, stikstofbindende gewassen, vanggewassen of een combinatie hiervan. De agrariër kan hierbij geen gebruik maken van gewasbeschermingsmiddelen. Minister Adema heeft de Tweede Kamer hierover geïnformeerd. Dit volgend op een besluit van de Europese Commissie om voor het jaar 2024 af te wijken van de regels van het GLB die agrariërs verplichten bepaalde gebieden niet-productief te houden.